Hier het verhaal van Johan Vermeij een vriend die ik jaren uit het oog ben verloren, mede daar hij emigreerde, eerst naar India en later naar Australië en Bali. Momenteel woont hij in Perth, Australië, maar is van zins om terug te keren naar Nederland. Via Facebook kwam Johan mij tegen en sindsdien hebben we af en toe contact.
Johan is een begaafd zanger met een kopstem (ook falsetto genaamd), een stem als die van Blind Owl Wilson (Alan Wilson), zanger en gitarist van Canned Heat (de zanger van onder andere het nummer 'Going up the Country'), de man die zich het leven benam daar men een groot aantal seqoia red wood bomen wilde kappen en dat heeft gedaan...... Deze bomen zijn bij mijn weten de grootste op aarde en ook de oudste, er zijn exemplaren van 3.000 jaar en ouder met een zo grote stamomtrek dat er één is waardoor men een tunnel heeft gehakt, waar je met een auto doorheen kan rijden....
Hier nog een link naar het album met de titel 'Living the Blues' waarop dit nummer staat:
Johan en ik hebben nog een paar keer op vrijdagavond buiten bij café 'Oude Droog' in Naaldwijk staan spelen, hij zingend met gitaar en ik op de mondharp. Johan was een groot fan van Bob Dylan en had een paar bootleg albums uit de begintijd van Dylan, zo ongeveer de mooiste muziek van Dylan, hoewel ik ook 'Blonde on Blonde' waanzinnig goed vond en vind:
Verder is Johan kunstschilder en ook die kunst heeft hij goed onder de duim.
Ik leerde Johan kennen toen hij in dezelfde straat woonde in Naaldwijk. We hebben destijds veel lol gehad en door hem ben ik hasj gaan roken (roken deed ik al vanaf mijn ik dacht dertiende jaar). Later werden we door de politie gepakt daar een huisarts, die e.e.a. vernam van een patiënt, de recherche inschakelde...... Het liep af met een sisser, maar voor mij had Naaldwijk toen helemaal afgedaan >> als ik in een drukke winkel kwam waar men stond te kletsen, werd het doodstil tot je weer vertrok..... (en je begreep wel waar men daarna over kletste......)
We liften vaak in het weekeinde naar Gent en alleen het liften was al een hele beleving, zo liepen we 's nachts een keer op de grote weg van Antwerpen naar Gent (bijna geen verkeer) toen we een appelboomgaard passeerden besloten we de sloot over te springen om een paar appels te pikken. We hadden koud een paar appels in onze zakken toen de boer van wie de boomgaard was er aan kwam rennen met een dubbelloops jachtgeweer over de arm en een hond aan de lijn.... We sprongen als de sodemieter weer over de sloot en renden zo goed en kwaad het ging over de grote weg richting Gent, 'zo goed en kwaad' daar we slap van de lach waren.
Op zaterdag was er altijd markt in Gent (voor kasteel Gravensteen), een supermarkt aan de overkant van de markt had buiten altijd grote aantallen gestapelde kratten met bier staan en als het goed druk was pikten we met wat andere mensen een krat bier en renden dan de markt op, waar we tussen de mensen meteen zachtjes gingen lopen richting Patershol, waar zich aantal gekraakte woningen bevonden, bewoond door kunstenaars en artiesten.
Een andere tocht naar Gent leidde ons eerst naar het café van Ferre Grignard in Antwerpen, een geweldige zanger die in 1966 een hit had met het anti-oorlog protestnummer 'Ring Ring I've Got To Sing':
Hier nog een 'best of album' van Ferre:
We zijn tot diep in de nacht in dat café geweest en dronken daar gratis, Ferre, een toffe peer, was dan ook geen goede uitbater, hij gaf veel te veel drank weg en verloor zo zijn café.
Hier een prachtig verhaal van Johan over de tijd dat hij in het Westland regelmatig bij een tuinder werkte:
Johan Vermeij